Er worden zoveel tips gegeven over sporten en afvallen dat je soms door de bomen het bos niet meer ziet. Wij lichten 5 sportmythes voor je uit, die handig zijn om te onthouden als je aan het trainen bent.
1. Door buikspieroefeningen krijg je het vet rond de buik weg
Niet waar! Wil je een (bescheiden) wasbordje, dan hebben buikspieroefeningen alleen zin als je al een heel laag vetpercentage hebt. Daar zijn hele trainingen voor nodig en een ander voedingsschema.
2. Voor de beste prestaties moet je afkoelen na een training
Veel coaches lassen een periode van rust in na een training of wedstrijd om spierpijn te voorkomen en sneller te herstellen. Maar onderzoek hiernaar kan niet bewijzen dat dit ook daadwerkelijk klopt, schrijft The New York Times.
3. Je traint pas goed als het pijn doet
Deze mythe hebben we te danken aan de Amerikaanse actrice en fitnessgoeroe Jane Fonda. Haar motto is no pain, no gain. Maar niet alle deskundigen zijn het hier mee eens. Emotionele vermoeidheid of een onprettig vermoeid gevoel tijdens het trainen is prima, zegt een deskundige tegen Mother Nature Network. Maar het moet geen pijn doen. Daar heb je geen voordeel mee. Je hoeft jezelf niet te pijnigen.
4. Je moet een uur wachten na het eten voordat je gaat zwemmen
Sommige mensen zijn ervan overtuigd dat het bloed dat je nodig hebt om je eten te verwerken, nodig is voor je benen en armen tijdens het zwemmen. En dat gaat dus niet tegelijk. Gevolg: krampen. Maar, dit klopt niet, zo schrijft de website Mother Nature Network. We hebben genoeg bloed om voedsel te verteren en tegelijkertijd een plons in het water te wagen.
5. Je verbrandt het meeste vet als je vlak na het eten traint
Ook dit is een mythe en soms is het juist fijner om niet meteen na het eten te trainen omdat je dan traint met een vol gevoel. Dus pas je eettijden niet aan je trainingstijden aan of andersom.
Bron: The New York Times, Mother Nature Network, Gezondheidsnet | Beeld: Adobe Stock