Vroeg opstaan, is een goed voornemen van veel mensen. Maar lukt het ons ooit? Ehm... Not so much.
Toch is het mogelijk én essentieel als je alles wat je gepland hebt voor die dag ook daadwerkelijk wil doen. Met deze tips van psycholoog Janet K. Kennedy, oprichter van 'NYC Sleep Doctor', lukt het jou straks wél om vroeg op te staan.
Laat je lichaam er langzaam aan wennen
Zet je alarm in het begin realistisch: als je altijd om 8.30 uur opstond, moet je nu niet ineens 5.00 uur willen halen. Begin met je alarm een half uur vroeger te zetten en verbied jezelf te snoozen. Als je lichaam eenmaal gewend is aan het vroeger opstaan, ben je ook sneller moe 's avonds. Hou dit schema elke dag aan, ook in het weekend dus.
Verban het internet voordat je gaat slapen
Het is makkelijk om jezelf 's avonds te verliezen in werk en social media. Maar je wordt dan te veel gestimuleerd waardoor je niet in slaap raakt. Je moet je geest de tijd geven om tot rust te komen. Check je werkmail dus niet voordat je gaat slapen. Je gaat dan alleen maar piekeren, terwijl je 's nachts toch niks meer kunt doen. Laat het liggen tot de volgende dag.
Zorg dat je frisse lucht krijgt en voldoende beweegt
Frisse lucht en zonlicht helpen om energie te krijgen door de aanmaak van melatonine te onderdrukken. Beweging is dan weer goed voor je circulatie en vermindert depressie- en angstsymptomen. Je dagelijkse kopjes koffie en afterwork dutjes kun je trouwens beter ook skippen.
Zoek uit hoeveel slaap je lichaam nodig heeft
Er wordt altijd gezegd dat je zeven tot acht uur slaap nodig hebt. Maar geldt dit voor iedereen? Volgens psychologe Kennedy niet:
Er is geen gouden regel. Als mensen proberen zich aan deze slaapregel te houden, gaan ze juist slechter slapen omdat ze er te veel over nadenken.
Als je een goede gezondheid hebt, je je het grootste deel van de tijd uitgerust voelt, makkelijk in slaap valt 's avonds en altijd wakker wordt rond dezelfde tijd krijg je genoeg slaap.